Gastvrijheid is een mooi vak. Tenminste zo lijkt het. Maar, alles wat mooi, gezellig en gemakkelijk lijkt aan de buitenkant, heeft meestal een iets complexere binnenkant. Dat geldt zeker voor gastvrijheid. Het fenomeen gastvrijheid is zo giga groot dat zelfs de hospitality opleidingen niet goed kunnen uitleggen wat gastvrijheid nou precies is. Dat is natuurlijk erg triest en al helemaal niet bevorderlijk voor iedereen die vol passie, compassie en gastliefde een middelbare of hogere opleiding volgt om een ware professionele hospitalitist te worden. Misschien kunnen de bewuste opleiders er ook niet echt iets aan doen, want ze worstelen zich door abracadabra van zwaar achterhaalde regelgeving om MBO of HBO opleider te mogen zijn. Het vak gastvrijheid bestaat niet eens in het curriculum van de gastvrijheidsopleiders en dat bevreemd me niet want gastvrijheid is een giga fenomeen. Toch vraagt deze digitale, harde en snelle tijdsgeest om meer gastvrijheid. Eens?
“Maar, alles wat mooi, gezellig en gemakkelijk lijkt aan de buitenkant, heeft meestal een iets complexere binnenkant.”
In de samenleving, in de gastvrijheidsbranche, in een hotel en zeker in een restaurant of bar begint gastvrijheid met gastveiligheid. Veiligheid die ervoor zorgt dat iedere gast zich ongevraagde, risicoloos en zorgeloos thuis kan voelen op een -voor hem/haar- vreemde locatie. De inwoners van een land moeten kunnen vertrouwen op de veiligheid binnen hun landsgrenzen en datzelfde geldt voor iedere gebied of etablissement waar zich gasten, consumenten en klanten kunnen begeven. De overheid overtuigt niet echt op het onderwerp veiligheid en dat vertaalt zich door tot in de kroeg. De aanhoudende moorden in Amsterdam zijn het beste voorbeeld van een onverschillig toezicht op orde en veiligheid.
“De overheid overtuigt niet echt op het onderwerp veiligheid en dat vertaalt zich door tot in de kroeg.”
Het valt me iedere dag meer op dat het veiligheidsgevoel het zwaar heeft. Mijn kinderen klagen over het onveilige gevoel wat hen steeds meer bekruipt als ze zich in onze stad begeven en ze zijn niet de uitzondering, integendeel. Als ik kijk naar de disciplinaire, morele chaos op een doorsnee middelbare school schrikt niemand meer van drugskoeriertjes, experimenteren met drugs tijdens de lesuren, leraren verrot schelden en dan durf ik niet eens de echte misstanden te noemen. De horeca en de gastvrijheidsbranche kampt met dezelfde kwalijke trend. Ontspoord gedrag van gasten die zich in de kroeg misdragen voor de adrenaline kick van het duel. Dat ruikt naar de melancholie van de middeleeuwen. Niet voor niets hebben sportscholen en vechtsporten het drukker dan ooit. Joel Beukers laat jongeren zien hoe het moet?
“Ontspoord gedrag van gasten die zich in de kroeg misdragen voor de adrenaline kick van het duel.”
Het antwoord is wat mij betreft zero tolerance: het basisprincipe van een veilige omgeving. Dat vraagt van horeca -en hospitality leiders en opleiders een hardere kijk op de noodzaak van nieuwe normen en waarden die verdere gaan dat het typische Nederlandse Poldermodel waarin er wel lang gepraat wordt, maar feitelijk nooit echt iets veranderd. Respect is een woord wat iedereen in de mond neemt en zeker bij alle voetbalclubs waar rivaliserende ouders zich wekelijks mogen uitschreeuwen. Echter, respect groeit alleen maar bij de afwezigheid van het ‘gewenste’. Het keihard bestraffen van ongewenst gedrag is de voedingsbodem voor duurzaam respect. Blijkbaar moet de mens er af en toe aan herinnerd worden dat het niet de bedoeling is om onrust te veroorzaken. Als het niet veilig is, maakt gastveiligheid, gastblijheid en dus gastvrijheid geen schijn van kans. Vrijheid draait om veiligheid en die was in de historie van het menselijk gedrag nog nooit vanzelfsprekend.